Het ontpitten van een granaatappel lijkt altijd een hele klus, maar dat valt stiekem eigenlijk heel erg mee. Met het sap maak je een goddelijke sorbet, die zowel op warme als koude dagen heerlijk smaakt!
1. Halveer de granaatappels, houd ze boven een kom en knijp er voorzichtig in om de pitten los te maken.
2. Tik met een lepel op de schil, dan vallen de meeste pitten eruit; schep de rest met een lepel eruit. Doe de pitten met het citroensap in een blender en draai er een puree van.
3. Werk hem door een fijne zeef in een maatbeker: je hebt voor de sorbet 3,5 dl nodig – drink het overschot op en weersta de verleiding om het bij de sorbet te doen, want dan bevriest de sorbet misschien niet goed.
4. Meng suiker, water, glucosestroop en granaatappelmelasse in een pannetje en los de suiker al roerend op laag vuur op. Haal het mengsel van het vuur en roer het door het granaatappelsap. Laat het afkoelen en maak er volgens de gebruiksaanwijzing van de ijsmachine sorbet van.
* Granaatappelmelasse wordt gemaakt door granaatappelsap tot een dikke, donkere, zoetzure stroop in te koken. Het is in Midden-Oosterse winkels en op internet te koop.
Voor 10 personen
3-5 granaatappels (afhankelijk van het
formaat)
sap van 1 citroen, gezeefd
150 g fijne kristalsuiker
1,5 dl water
1 tl glucosestroop
2 tl granaatappelmelasse (zie *)
